Je herkent dat twijfelgevoel vast wel: in de kelderkast staan meerdere flessen witte of rode wijn die er eigenlijk al enkele jaren opgeslagen staan. Omdat je zo’n grote wijnvoorraad hebt of omdat je de wijn een tijdje wilde laten staan om de smaak te verrijken, zijn deze flessen aan de aandacht ontsnapt. En nu twijfel je: kan ik deze fles wijn eigenlijk nog wel aanbreken? Of is de wijn misschien wel bedorven en loop ik een gezondheidsrisico? Bederf van wijn kan gelukkig lang duren. Wijn bevat namelijk van zichzelf krachtige conserveringsstoffen, zoals tannine, zuur en alcohol. Er zijn ook wijnbouwers die als extra bewaarmiddel sulfiet door de wijn mengen, zodat deze nog langer houdbaar is. Maar hoe zit het exact met de houdbaarheid van open en dichte flessen witte en rode wijn?
Houdbaarheid van witte wijn
Er zijn enkele basisregels voor de houdbaarheid van witte wijn. Bij een geopende fles witte wijn is de houdbaarheid beperkt van één tot maximaal drie dagen. Hoe lang dichte flessen witte wijn bewaard kunnen worden, hangt af van het specifieke soort witte wijn. Een fruitige en frisse witte wijn is houdbaar tot één jaar. Een volle, op hout gerijpte witte wijn kan twee tot vier jaar opgeslagen worden, terwijl je een fruitige witte wijn maar liefst twee tot tien jaar kunt bewaren om zo dé ultieme volle smaak te creëren.
Houdbaarheid van rode wijn
Ook voor rode wijn geldt dat een geopende fles wijn binnen één tot drie dagen opgedronken dient te worden om de smaak goed te houden. Een fles lichte rode wijn is ongeveer een jaar houdbaar, terwijl een volle rode wijn zeker drie tot zes jaar weggelegd kan worden om een betere smaak te ontwikkelen.
De beste bewaarwijnen
Traditionele wijn uit Frankrijk en Italië staat bekend al goede bewaarwijn. De beste witte wijnsoorten om langer op te slaan zijn chardonnay, sémillon en riesling. Bij rode wijnen kun je als bewaarwijnen voor de cabernet sauvignon of merlot kiezen, maar ook voor de pinot noir en/of de syrah. Mogelijkheden genoeg dus. Moet daar niet op gedronken worden?